Bedragen onder toegekend/ geadviseerd 2021-2024, hebben betrekking op de programmeringsbijdrage per editie.
**Bedragen onder totaal toegekend 2021-2024 zijn per editie, inclusief organisatiebijdrage - rekening houdend met de verwachte bijdragen van de lokale overheden.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
De commissie beoordeelt de artistieke positie als ruim voldoende.
India Dans Festival is een vijftiendaags tweejaarlijks dansfestival in Den Haag. Het festival vindt vanaf 2020 plaats in het voorjaar en presenteert traditionele en hedendaagse Indiase dans in Korzo Theater en op andere podia in de stad. Kenmerkend aan het festival is de aandacht voor zowel grote internationale dansproducties als vernieuwende werken van jonge makers uit binnen- en buitenland.
De commissie is positief over de helder beschreven artistieke visie waarmee India Dans Festival zich inzet om de Indiase dans zichtbaar onderdeel te maken van het Nederlandse danslandschap. Zij vindt dat het programmateam vanuit de visie een kwalitatief sterk programma samenstelt, dat bovendien een verscheidenheid aan Indiase dansvormen laat zien die zelden of nooit te zien zijn in Nederland. Het plan beschrijft duidelijke artistieke uitgangspunten op basis waarvan enerzijds klassieke Indiase dans wordt getoond en anderzijds nieuwe perspectieven worden belicht op het gepresenteerde genre.
De commissie spreekt zich positief uit over de beoogde programmering. Uit het plan blijkt dat het festival opnieuw gerenommeerde makers uit India en het Verenigd Koninkrijk naar Nederland haalt. Op basis daarvan verwacht zij een rijk programma bestaande uit klassieke vormen, zoals Odissi en Bharata Natyam, en producties van makers als Shobana Jeyasingh, waarin verschillende dansstijlen in elkaar opgaan. De commissie is ook positief over de producties die de Nederlandse Kalpana Raghuraman en Shailesh Bahoran zullen ontwikkelen in de komende periode. Die plannen verwoorden volgens haar duidelijk hoe de makers het Indiase dansidioom verweven met moderne dansuitingen. Bovenal is de commissie positief over de wijze waarop deze makers hun Indiase achtergrond dan wel hun diaspora in de Hindoestaans-Nederlandse geschiedenis als inspiratiebron benutten. Wel stelt zij vast dat beide makers al verbonden zijn aan Korzo. De commissie mist een bredere blik op makers in Nederland die zich in hun werk laten inspireren door Indiase dans.
De commissie is positief over de beschreven ambities voor artistieke vernieuwing. Zij vindt het duidelijk dat India Dans Festival met het residentieprogramma jonge dansmakers uit binnen- en buitenland ondersteunt bij het maken van nieuw werk en de ruimte geeft om te experimenteren. Bovendien vindt zij dat de kruisbestuiving tussen dansstijlen en disciplines die uit hun werk voortvloeit, bijdraagt aan het openbreken van de huidige perspectieven op dans. Het valt de commissie echter op dat het festival nauwelijks ambities heeft uitgewerkt om het werk van de jonge makers ook op andere podia en festivals te tonen. Zij is van mening dat die mogelijkheden wel binnen het bereik liggen door onder meer het partnerschap met Korzo. Verder vindt de commissie dat het festival nog weinig andere artistieke partners aan zich heeft weten te binden en dat de ambities, zoals samenwerkingen met ICK Amsterdam en het Amsterdam Andalusisch Orkest, nog beperkt toegelicht zijn in het plan.
De commissie beoordeelt de publieksfunctie als ruim voldoende.
Zij constateert dat het festival zich ten doel heeft gesteld om een verrassend dansprogramma te presenteren waarmee een breed publiek wordt bediend. Het festival richt zich in het bijzonder op het Indiaas-Nederlandse en Hindoestaans-Nederlandse publiek uit de omgeving. Dit streven sluit volgens haar goed aan op de artistieke positie waarin het tonen van de tradities van en de vernieuwing in de Indiase dans centraal staan. Uit het plan blijkt dat India Dans Festival tevens een goed beeld heeft van het (potentiële) publiek in de eigen omgeving. Zo heeft publieksonderzoek uitgewezen dat het gros van de bezoekers zich kenmerkt als al dan niet beroepsmatig dansliefhebber, en uit stad en regio afkomstig is.
De commissie vindt dat het festival zich met een kwalitatief hoogwaardig aanbod van dansproducties en programmering in wijktheaters overtuigend richt op het behouden van het publiek. Zij is te spreken over de mate waarin het festival Indiaas-Nederlandse en Hindoestaans-Nederlandse bezoekers weet te bereiken en stelt vast dat de organisatie zich inzet voor verjonging van het publiek door twintigers en dertigers met een biculturele achtergrond te betrekken. De keuze voor dit publiek is volgens de commissie echter nog weinig vanuit de inhoud van het festival gemotiveerd. Zij vindt het positief dat er jonge makers worden betrokken bij de plannen, maar zij mist een toelichting op de thematiek die deze makers in hun voorstelling gebruiken die volgens het plan herkenbaar zijn voor millennials. Ten slotte ziet de commissie aanknopingspunten in samenwerkingen, zoals met het Amsterdams Andalusisch Orkest, om een breder georiënteerd publiek te bereiken. Zij vindt het echter een gemiste kans dat het plan geen concrete doelen beschrijft om ook de achterban van culturele partners te bereiken.
De commissie vindt dat de concrete invulling van de publieksbenadering helder is beschreven. Het festival hanteert volgens haar een dynamische aanpak met enerzijds de traditionele communicatiemiddelen en anderzijds de aanpak voor communitybuilding. Positief is de commissie in dit kader over de inzet van een communitymanager. Daarmee weet het festival de afstand te verkleinen tussen het aanbod en een geïnteresseerd publiek dat niet vanzelfsprekend het theater bezoekt. Verder vindt de commissie het aansprekend dat de makers zelf een rol spelen bij sommige marketinginspanningen, bijvoorbeeld in het aanspreken van de beoogde jonge doelgroep. Het voornemen om dit met een urban pr-specialist te doen klinkt haar veelbelovend in de oren, maar is tegelijkertijd nog te weinig concreet uitgewerkt om de commissie te overtuigen van de werking daarvan.
De commissie beoordeelt de inbedding als ruim voldoende.
Zij ziet in het plan dat India Dans Festival zich stevig heeft geworteld in de lokale culturele infrastructuur. Met Korzo Theater als drijvende kracht achter het festival kan het volgens haar rekenen op een stevig cultureel netwerk in Den Haag. Zo vindt zij het positief dat er samenwerking is op het gebied van programmering met het Zuiderstrandtheater, de Haagse cultuurankers en het toekomstige cultuurcomplex Amare. Wel vindt zij dat het plan nog weinig inhoudelijke toelichting geeft op die partnerschappen. Daarnaast vindt zij het positief dat het festival voor nieuwe producties samenwerkt met onder meer het Residentie Orkest.
De mate waarin het festival samenwerkt met maatschappelijke partners is volgens de commissie redelijk uitgewerkt in het plan. De communitymanager heeft weliswaar een relatie opgebouwd met organisaties die in verbinding staan met het Indiase en Hindoestaanse publiek in de omgeving, maar het plan gaat beperkt in op wat deze verbindingen opleveren voor de inbedding op maatschappelijk vlak. Zij is er verder positief over dat met Kwekers in de kunst en CultuurSchakel inspanningen worden geleverd om amateurartiesten en publieksgroepen in de wijken te betrekken bij het festival.
De commissie constateert dat het festival geen samenwerkingsverbanden aangaat op het gebied van educatie. Volgens haar biedt de programmering van het festival echter mogelijkheden tot samenwerking met onderwijsinstellingen om inbedding op educatief vlak te realiseren.
Ten aanzien van de financiële relaties vindt de commissie het positief dat het festival structureel wordt ondersteund door de gemeente Den Haag via een bijdrage aan Korzo Theater.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.