Bedragen onder toegekend/ geadviseerd 2021-2024, hebben betrekking op de programmeringsbijdrage per editie.
**Bedragen onder totaal toegekend 2021-2024 zijn per editie, inclusief organisatiebijdrage - rekening houdend met de verwachte bijdragen van de lokale overheden.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
De commissie beoordeelt de artistieke positie als ruim voldoende.
Internationaal Kamermuziekfestival Schiermonnikoog presenteert jaarlijks twee kamermuziekfestivals op Schiermonnikoog: in maart het Festival Jong Talent (FJT) en in oktober het Internationaal Kamermuziekfestival Schiermonnikoog (IKS). Beide edities presenteren kamermuziekaanbod op verschillende locaties op het Waddeneiland en kenmerken zich als een festival waar iedereen “in residentie” is in de natuur, van publiek tot musici.
De commissie vindt dat Kamermuziekfestival Schiermonnikoog vanuit een tamelijk algemene, maar helder geformuleerde visie een aansprekend tweeledig festivalprofiel presenteert. Het festival legt treffend uit hoe de intimiteit, pracht en stilte van Schiermonnikoog een liefhebberspubliek en kwalitatief hoogstaand kamermuziekaanbod met elkaar verbindt. Het is volgens de commissie positief dat het festival een tweedeling heeft aangebracht tussen FJT en IKS. Zij merkt daarbij op dat de visie van FJT aanzienlijk sterker is geformuleerd, voornamelijk omdat daar een heldere doelstelling ten aanzien van talentontwikkeling en doorstroom van excellente muzikanten aan is gekoppeld. FJT speelt zodoende volgens haar een rol in de vernieuwing binnen het kamermuziekgenre. De visie van het IKS vindt de commissie tamelijk algemeen van aard. Volgens haar is de doelstelling om het publiek een intensere beleving van de muziek te laten ervaren te algemeen geformuleerd. Het festival laat volgens de commissie kansen onbenut om te reflecteren op de historie van en ontwikkelingen binnen het kamermuziekgenre. Volgens haar zou het festival nadrukkelijker een artistieke motivatie in de visie kunnen verweven, waardoor de artistieke positie minder gebaseerd is op de bijzonderheid van de locatie.
De commissie vindt dat de aanvrager de visie redelijk overtuigend heeft vertaald naar concrete toekomstige activiteiten. Het artistieke team beschikt volgens haar over de juiste kennis en ervaring om Schiermonnikoog met een kwalitatief programma om te vormen tot een plek van betekenis in het lokale en regionale kamermuziekveld. Zij vindt het positief dat het festival voor de komende edities een aantal concrete artistieke uitgangspunten noemt. Daarbij zijn samenwerkingen met onder andere het Concertgebouw, Oranjewoud Festival en tal van (inter)nationale concoursen vertrouwenwekkend. Zij plaatst wel de kanttekening dat het festival niet overtuigend verwoordt hoe en waarom het tot bepaalde artistieke keuzes komt. Zo vindt zij de thematiek van het aanspoelen van opmerkelijke schipbreukelingen op zich interessant, maar is zij niet geheel overtuigd van de keuze om het werk van Thomas Mann of Charles Baudelaire als uitgangspunt voor een kamermuziekfestival te nemen.
De commissie beoordeelt de publieksfunctie als voldoende.
Internationaal Kamermuziekfestival Schiermonnikoog beschrijft volgens haar redelijk goed op welk publiek het festival zich de komende jaren zal richten. De commissie vindt dat het festival een realistisch beeld heeft van het huidige publiek. Het bestaat overwegend uit mensen van zestig jaar en ouder, die vanuit heel Nederland komen en van wie bekend is dat ze natuur- en muziekliefhebbers zijn. Deze typering vindt de commissie weinig prikkelend, maar sluit volgens haar aan op de artistieke positie van het festival. De commissie vindt echter dat het festival een aantal kansen onbenut laat in de ambities voor de publiekssamenstelling en diens ontwikkeling. Het valt haar in negatieve zin op dat het festival zich nauwelijks richt op lokaal en regionaal publiek. Dit zou volgens haar niet alleen de publieksfunctie in de regio versterken, maar ook bijdragen aan meer lokale draagkracht voor het festival. Het festival biedt in de ogen van de commissie bovendien genoeg aanknopingspunten om in te zetten op meer jonge bezoekers. Zij is kritisch over het feit dat het festival blijk geeft van de ondervertegenwoordiging van die groep, maar vervolgens geen ambitie toont om de potentie hierbij te zien en kansen op dit vlak te benutten.
Ook uit de beoogde programmalijnen, thema’s en concrete programmering blijkt volgens de commissie geen verbredings- of vernieuwingsdrang van het festival ten aanzien van het publiek. Zij is van mening dat de beoogde programmering en thematiek passend aansluiten op de verwachtingen en wensen van het beoogde publiek. Daarbij merkt zij op dat het festival haar toch al geringe verjongingsambities niet concretiseert in een aansprekende programmering waarmee een jonger publiek bereikt zou kunnen worden. In positieve zin constateert de commissie dat het festival er met het programma, en dan vooral met het randprogramma, wel in slaagt om het liefhebberspubliek een verdiepende ervaring te laten beleven in de vorm van lezingen, masterclasses, excursies, muziekdocumentaires en wandelingen. Dit doet het festival volgens haar passend met een vaste dagindeling, waarbinnen de gekozen thematiek de rode draad vormt.
De commissie vindt het plan op het gebied van publieksbenadering behoudend, maar realistisch. De ambitie om het huidige publiek van IKS te bestendigen en dat voor FJT uit te breiden vindt zij logisch en reëel gezien de geringe groeimogelijkheden op het Waddeneiland. De publieksbenaderingsstrategieën vindt de commissie weliswaar algemeen van aard, maar niet geheel ongebruikelijk voor het bereiken van de beoogde doelgroep. Zij vindt het positief dat de aanvrager een aantal stappen zet in de samenwerking op het gebied van publiekswerving, met onder andere Natuurmonumenten, VVV Schiermonnikoog en Wonderfeel. Zij plaatst daarbij de kanttekening dat het festival kansen mist om op een verfrissende manier krachten te bundelen met collega-festivals en zodoende het publiek voor klassieke muziekfestivals in algemene zin te verbreden.
De commissie beoordeelt de inbedding als voldoende.
Zij is gematigd positief over de wijze waarop Internationaal Kamermuziekfestival Schiermonnikoog artistiek gedreven samenwerkingen aangaat in de directe omgeving. Het is volgens haar positief dat het festival samenwerkt met regionale spelers als Oranjewoud Festival, CityProms Leeuwarden en het Noord Nederlands Orkest. Desalniettemin vindt de commissie dat het festival kansen onbenut laat door slechts beperkt op lokaal niveau artistieke samenwerkingen aan te gaan.
De commissie constateert dat er nauwelijks sprake is van samenwerkingsverbanden op het gebied van educatie. Uit het plan blijkt volgens haar niet dat er structurele samenwerkingsverbanden worden aangegaan met lokale instellingen in het primair of voortgezet onderwijs. Het betaalde, voornamelijk artistiek gedreven masterclassprogramma tijdens het FJT kent volgens de commissie wel enige educatieve elementen, maar draagt niet bij aan de inbedding in de omgeving omdat er geen lokale partners bij zijn betrokken.
De mate waarin het festival samenwerkt met maatschappelijke partners is volgens de commissie redelijk uitgewerkt in het plan. Zij constateert dat door de aanvrager op de zondagmiddag van het IKF een speciaal kleinschalig concert wordt opgezet voor de oudere bewoners van het eiland. Bovendien maakt het festival gebruik van een aantal vrijwilligers. Zij is kritisch over het feit dat het festival niet concreter maakt met welke lokale organisaties daarvoor wordt samengewerkt.
De commissie is positief over het feit dat Internationaal Kamermuziekfestival Schiermonnikoog kan rekenen op een bijdrage van de gemeente Schiermonnikoog. Zij constateert daarnaast dat het festival een aanvraag doet bij de provincie Friesland.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.