Bedragen onder toegekend/ geadviseerd 2021-2024, hebben betrekking op de programmeringsbijdrage per editie.
**Bedragen onder totaal toegekend 2021-2024 zijn per editie, inclusief organisatiebijdrage - rekening houdend met de verwachte bijdragen van de lokale overheden.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
De commissie beoordeelt de artistieke positie als goed.
Internationaal Kamermuziek Festival Utrecht is een vierdaags kamermuziekfestival. Het festival presenteert jaarlijks in december, onder artistieke leiding van violiste Janine Jansen, internationale concerten op verschillende locaties in de stad en provincie Utrecht. Kenmerkend aan het festival is dat een breed palet aan muziek wordt gepresenteerd, van het klassiekemuziekrepertoire tot aan nieuwe composities en presentaties van een nieuwe generatie musici.
De commissie is van oordeel dat de organisatie van het festival een heldere artistieke visie beschrijft. Het festival beoogt volgens het plan om het publiek te begeesteren met bijzondere kamermuziekbelevingen die toegankelijk zijn voor een breed publiek, zonder concessies te doen aan de kwaliteit van het aanbod. De commissie vindt dat streven passen bij dit festival, dat naar eigen zeggen een inspirerende schakel wil zijn tussen kamermuziek en publiek. Zij herkent de beschreven artistieke visie in de concreet uitgewerkte programmering. Volgens de commissie is er sprake van een goede balans tussen de toegankelijkere grote concerten en de kleinere, intieme uitvoeringen. Positief is zij ook over het rijke bestand van internationale topmusici waaruit kan worden geput. Zo vindt zij het bijzonder dat in 2021 zowel fluitist Emmanuel Pahud van Berliner Philharmoniker als mandoline-solist Avi Avital te zien zullen zijn.
De commissie vindt uit de ambities voor de komende periode duidelijk blijken dat het festival een nieuw elan nastreeft, maar plaatst tegelijkertijd een kanttekening bij de uitwerking ervan. Zij beoordeelt de samenwerkingen met gastprogrammeurs als een positieve ontwikkeling. De beoogde curator voor editie 2021, violist Amihai Grosz, neemt volgens de commissie niet alleen ruime internationale ervaring mee, maar er wordt door zijn deelname ook een groot en divers netwerk van musici ontsloten voor de samenstelling van het programma. Zij verwacht dat er op die manier ieder jaar weer nieuwe verhalen en dynamieken zullen ontstaan. Zij is echter kritisch over de verhouding van het gastcuratorschap ten opzichte van de artistieke leiding, die in handen is van Janine Jansen. De commissie ziet een risico in het feit dat de programmering voor een groot deel uit handen wordt gegeven, en is van mening dat de aanvrager in het plan nog te weinig heeft uitgelegd hoe dit risico wordt ondervangen.
Zij vindt het verder positief dat er in de komende jaren onverminderd aandacht uitgaat naar talentontwikkeling. Het programma New Generation waarin jonge musici voor een langere periode worden ondersteund in hun artistieke ontwikkeling en worden verbonden aan professionele musici is volgens haar een overtuigende aanpak om nieuwe ontwikkelingen binnen het genre te stimuleren.
De commissie beoordeelt de publieksfunctie als goed.
Zij vindt het positief dat het festival zich heeft voorgenomen om een groot en divers publiek te bereiken. Dit streven sluit volgens de commissie goed aan op de artistieke positie van het festival. Uit het plan blijkt dat het Internationaal Kamermuziek Festival Utrecht een goed beeld heeft van het potentiële publiek in de eigen omgeving. Zo maakt de commissie uit publieksonderzoek op dat het gros van de bezoekers uit de stad en provincie afkomstig is en jaarlijks terugkeert naar het festival. Naast de constatering dat het festival kan rekenen op een trouw publiek, vindt de commissie het positief dat er nieuwe bezoekers zoals, in toenemende mate, jongeren worden bereikt. De organisatie heeft daarnaast oog voor groepen die minder vanzelfsprekend het festival bezoeken, zoals ouderen, minder kapitaalkrachtigen en gezinnen.
De commissie ziet dat het festival zich met een divers aanbod van concerten op podia en in kerken richt op het behouden van het bestaande publiek. Tegelijkertijd weet het festival het aanbod dicht bij het nieuwe publiek te brengen door middel van de zogenoemde maatschappelijke programmering, zoals het verzorgen van Appeltaartconcerten in verzorgingscentra. Dat het festival hier een maatschappelijk programmeur voor aanstelt, vindt de commissie een pré. Zij is daarnaast positief over het voornemen om het festival weer te programmeren in de vakantieperiode tussen kerst en oud en nieuw. Op die manier wordt de potentie om meer publiek te bereiken volgens de commissie beter benut, bijvoorbeeld door dagelijks kindervoorstellingen te presenteren en door de avondconcerten in grote concertzalen te programmeren. Met de gratis toegankelijke concerten op openbare plekken geeft het festival eveneens blijk van de intentie om ook buiten traditionele settings voor kamermuziek te programmeren. De commissie heeft de verwachting dat dit een breder publiek kan aanspreken. Om het allerjongste publiek aan te spreken gaat het festival samenwerken met ROSE stories, wat de commissie een passende keuze vindt voor het vertellen van nieuwe verhalen in de kamermuziek.
De commissie is te spreken over het plan voor de publieksbenadering, dat zij uitgebreid en helder uitgewerkt vindt. Zij vindt het positief dat het festival hierbij realistische doelen heeft geformuleerd. De marketingstrategie is volgens haar duidelijk toegespitst op het vergroten van het publieksbereik. De commissie mist wel een toelichting op specifieke communicatiemiddelen voor het bereiken van bezoekers die nog niet tot het reguliere publiek van het festival behoren, zoals kinderen uit kansarme wijken en vluchtelingen. Het festival geeft weliswaar een aanzet om in combinatie met partners en programmering aansluiting te vinden bij deze groepen, maar de commissie is vanwege het ontbreken van een concrete uitwerking er niet volledig van overtuigd dat hiermee deze gewenste publieksverbreding wordt gerealiseerd.
De commissie beoordeelt de inbedding als goed.
Zij is van mening dat het festival een stevige worteling heeft binnen de lokale culturele omgeving. Dat blijkt volgens haar niet alleen uit participatie binnen de Utrechtse muziek- en festivalnetwerken maar ook uit de aandacht voor lokaal partnerschap, zoals de meerjarige verbinding aan ensemble Camerata Trajectina. De commissie is positief over de manier waarop het festival de kamermuziek in Utrecht buiten de reguliere concertpodia brengt, en daarvoor samenwerkt met een grote verscheidenheid aan podia en culturele instellingen.
De commissie vindt dat de wens voor inbedding op maatschappelijk vlak duidelijk gekoppeld is aan bestaande samenwerkingen met sociaal-maatschappelijke partners zoals de bibliotheek en verzorgingshuizen. Zij vindt het positief dat het festival ook met andere partners, zoals Vier het Leven en Stichting de Vrolijkheid, wil samenwerken om nieuw publiek te bereiken. Die samenwerkingsverbanden vindt de commissie nog wat beperkt uitgewerkt, waardoor zij geen duidelijk beeld heeft van de mate waarin die relaties reeds hebben bijdragen aan de lokale inbedding.
Ten aanzien van educatie is de commissie van mening dat het festival een passende samenwerking met het kunstvakonderwijs en het basisonderwijs op het oog heeft. Het educatietraject, dat door onder meer een student theater en beeldende kunst van de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht wordt ontworpen vindt zij een aansprekende aanpak. De commissie heeft er vertrouwen in, mede door de verhoging in de begroting van het educatiebudget, dat de ambities zullen worden gerealiseerd.
De commissie vindt het tot slot positief dat Internationaal Kamermuziek Festival Utrecht structureel en substantieel wordt ondersteund door de gemeente Utrecht en de provincie Utrecht.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.