Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
De commissie beoordeelt de artistieke kwaliteit van het werk van de maker (s) als zeer goed.
Toneelgezelschap ’t Barre Land is een collectief dat werd opgericht in 1990 in Utrecht en tegenwoordig in Amsterdam is gevestigd. Het ensemble van toneelspelers maakt werk op basis van (toneel)literatuur. De artistieke kern wordt gevormd door Vincent van den Berg (artistiek-organisatorisch) en Margijn Bosch (artistiek-inhoudelijk). De voorstellingen zijn vooral te zien in het vlakkevloercircuit.
De commissie vindt het vakmanschap solide. Zij vindt de voorstellingen overtuigend, toegankelijk en ontroerend. De commissie vindt dat het gezelschap een speelse vorm van acteren heeft die zeer gelaagd en van hoge kwaliteit is. De dramaturgie van de voorstellingen vindt zij uitmuntend. De commissie constateert dat de samenstelling van het collectief inmiddels weer meer in evenwicht is na interne wisselingen en is daar positief over. De commissie heeft veel waardering voor de manier waarop het gezelschap actuele onderwerpen aan de orde stelt op basis van de werken van onbekende, goede, auteurs.
De commissie is positief over de oorspronkelijkheid van de producties. Zij vindt dat ‘t Barre Land onderscheidend is in het veld door de aandacht die de spelers besteden aan het gezamenlijk vormgeven van de tekst zonder regisseur. De toneelspelers laten volgens de commissie een groot gevoel voor het hier en nu zien in hun spel, waarin altijd een gedeelde verantwoordelijkheid voor de voorstelling naar voren komt. Ook de aandacht voor de keuze van de toneeltekst draagt volgens haar bij aan de signatuur van het gezelschap. De commissie vindt het collectief herkenbaar door de wijze waarop het consistent intellectueel materiaal ontsluit en toegankelijk maakt voor een publiek. Hierbij worden vaak ook minder bekende toneelstukken gepresenteerd, die thematische verwant zijn aan eerdere producties van het gezelschap, waardoor het oeuvre van ’t Barre Land samenhang laat zien.. Ook weet het gezelschap een verband aan te brengen tussen de thema’s van de toneelstukken en de actualiteit, zonder hierin al te nadrukkelijk te zijn. De commissie vindt ‘Hin und Her’, een samenwerking met de Tijdelijke Samenscholing, een goed voorbeeld waarin dit tot uitdrukking komt.
De commissie is positief over de zeggingskracht van de voorstellingen. Zij stelt dat ’t Barre Land erin slaagt het teksttheater waarin het gezelschap zo goed is op een toegankelijk te presenteren aan het publiek. De commissie vindt bovendien dat de intelligente wijze waarop het gezelschap gebruikmaakt van de toneelgeschiedenis de zeggingskracht van de producties vergroot.
De commissie beoordeelt de kwaliteit van de activiteiten uit het plan als ruim voldoende.
De plannen voor 2021-2024 vormen voor de commissie een logische voortzetting van het werk dat ’t Barre Land in de afgelopen jaren heeft laten zien. Zij leest in de aanvraag een overtuigende artistieke visie waarin ’t Barre Land nadrukkelijk kiest voor onderzoek naar literaire (toneel)teksten en daarbij het belang van repertoire onderbouwt in het licht van de actualiteit. Hierin ziet de commissie een herkenbaar profiel dat past bij het gezelschap en dat consequent is doorgevoerd in de projectplannen voor de komende jaren.
De commissie is positief over de keuze van de bronnen waarmee ’t Barre Land gaat werken in de komende periode. Deze bieden zeer interessante uitgangspunten voor onderzoek en voor theatrale vertalingen naar voorstellingen. Zo noemt zij de keuze voor teksten uit ‘De Slaapwandelaars’ van Hermann Broch oorspronkelijk en ziet zij deze uitgebreid gemotiveerd en toegelicht. Naar de mening van de commissie lenen deze zich uitstekend om nieuwe perspectieven te bieden op het hier en nu. De commissie is tevens positief over het betrekken van studenten bij het onderzoek naar deze teksten. Ook de samenwerking met literair centrum Perdu kan naar haar mening originele invalshoeken op nog onvertaalde teksten opleveren.
De commissie plaatst kanttekeningen bij de zeggingskracht van de beoogde voorstellingen. Zij heeft forse kritiek op de matige uitwerking van de projectplannen. De plannen bevatten weliswaar analyses van de gekozen literaire teksten en hun auteurs, met uitvoerige beschrijvingen van de originele stukken, maar de commissie mist ideeën over de artistieke vertaalslag naar voorstellingen. Zij kan zich daarom geen beeld vormen van wat ’t Barre Land met het materiaal gaat doen. Dit vindt de commissie een groot gemis in het kader van de verwachte zeggingskracht van de producties. Ook over de coproducties met partnergezelschappen krijgt de commissie weinig informatie, waardoor onduidelijk is wat de rol van ’t Barre Land in deze producties is en wat het resultaat zal worden. Al met al is de commissie niet op voorhand overtuigd van de zeggingskracht van de voorstellingen in de komende periode.
De commissie beoordeelt de publieksfunctie als voldoende.
De commissie constateert op basis van de plannen dat ’t Barre Land in de komende periode verdergaat met het maken van teksttheater, gebaseerd op repertoire. De commissie stelt vast dat het aantal aanbieders van soortgelijk aanbod groot is. De commissie stelt tegelijk vast dat het potentiële publiek voor dit type aanbod eveneens groot is. De commissie is daarom van mening dat sprake is van een potentieel interessante toevoeging aan het podiumkunstenaanbod.
De commissie merkt op dat ’t Barre Land in de afgelopen jaren relatief weinig speelbeurten en publieksbereik heeft gerealiseerd. Zij constateert in het plan voor 2021-2024 dat het gezelschap groeiambities heeft op het gebied van publieksbereik vanwege de kansen die er naar eigen zeggen liggen om ’t Barre Land stevig te positioneren binnen de rest van het aanbod. Hoewel de commissie positief is over deze ambities en in het plan een aantal interessante onderdelen ziet, zoals de contextprogramma’s in De Balie en in Perdu en het opzetten van een ambassadeursnetwerk in het scholencircuit, is zij er niet direct van overtuigd dat de groeiambities gerealiseerd zullen worden. Het plan mist naar de mening van de commissie een overtuigende overkoepelende visie op het beoogde publiek en de publieksbenadering. Er worden wel doelgroepen onderscheiden, maar deze missen nadere toelichting en een overtuigend, passend plan van aanpak om deze te bereiken. De commissie mist vooral een uitwerking van het beoogde publiek dat ’t Barre Land nog niet of niet meer bereikt. In het plan ontbreekt een visie op wie dit nieuwe publiek is en hoe het moet worden betrokken bij de verschillende voorstellingen. De middelen die ’t Barre Land opsomt in het plan vindt de commissie tamelijk algemeen en niet direct overtuigend.
De commissie heeft er wel vertrouwen in dat het trouwe publiek de voorstellingen van ’t Barre Land zal blijven bezoeken, maar is er op basis van het plan niet van overtuigd dat het gezelschap haar publieksbereik zal weten te verruimen met de begrote aantallen of te verbreden met nieuwe doelgroepen.
De commissie beoordeelt de betekenis van de activiteiten voor de Nederlandse podiumkunstpraktijk als voldoende.
Op basis van de aanvraag verwacht de commissie geen bijzondere betekenis van het werk op het gebied van inhoud, omdat ’t Barre Land geen aanbod brengt dat inhoudelijk verder weinig te zien is op de Nederlandse podia.
Ook verwacht de commissie op basis van het plan geen bijzondere betekenis van de activiteiten op het gebied van vorm, omdat het geen activiteiten betreffen die op een nieuwe wijze tot stand komen of een andere verschijningsvorm hebben dan gebruikelijk in de podiumkunsten.
Zij is van mening dat de activiteiten van ’t Barre Land wel betekenis hebben op effect. ’t Barre Land beschrijft in het plan concrete initiatieven die erop gericht zijn kennis en ervaring te delen met studenten en andere makers. Hiermee draagt het gezelschap naar de mening van de commissie bij aan talentontwikkeling en de doorstroom van (jonge) makers en spelers.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.