Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
De commissie beoordeelt de artistieke kwaliteit van het werk van de maker(s) als zeer goed.
Toneelgroep Jan Vos maakt voorstellingen op locatie over mensen die zich staande proberen te houden in een sterk veranderende wereld. De producties gaan over de wereld die schuilgaat achter statistieken, rapporten, beleidsvoornemens en krantenkoppen. Het artistieke team bestaat uit acteur/schrijver Tjeerd Bischoff en regisseur Jeroen van den Berg. Het gezelschap speelt vooral op locaties door Nederland.
De commissie is zeer positief over het vakmanschap van Jan Vos. Zij constateert dat het gezelschap via nieuwe teksten en onderzoek geëngageerde producties maakt van hoog niveau. Zij ziet kundigheid in de vertaling van het onderzoeksmateriaal naar theater. De thematieken van de producties zijn altijd ingebed in een grotere context en de commissie vindt dit vakkundig uitgevoerd, zoals in ‘Gas’. Zij vindt de regie, dramaturgie en spel goed en constateert dat het gezelschap acteurs van grote kwaliteit aan zich weet te binden. De stijl van het acteren is ingeleefd, terwijl in de vorm een mate van abstractie zit waaruit vakmanschap spreekt.
De commissie is positief over de oorspronkelijkheid van de producties. De voorstellingen van Toneelgezelschap Jan Vos zijn herkenbaar doordat ze thema's behandelen die weinig andere gezelschappen onderzoeken en het gezelschap daarvoor nieuwe teksten gebruikt. De indringende wijze waarop het gezelschap via de theatrale verbeelding sociale onderwerpen agendeert en van context voorziet, ook via de omgeving waarin die verhalen spelen, draagt volgens de commissie bij aan de artistieke signatuur van het gezelschap. Deze verhalen worden gegoten in de vorm van meeslepend, naturalistisch theater met een laagdrempelige, bijna alledaagse thematiek.
De commissie vindt de zeggingskracht van de producties groot. Zij vindt dat het gezelschap door de inzet van alledaagse thema’s een bijzonder element toevoegt aan het toneellandschap. De commissie merkt op dat de voorstellingen een breed publiek weten aan te spreken, dat geraakt en ontroerd wordt, en ook zich soms gehoord voelt in de behandeling van thema’s die hen aangaan. In ‘Koning van het Grasland’ bijvoorbeeld zette het gezelschap een meeslepend drama neer over de relatie mens-natuur in de Nederlandse polder, dat rechtstreeks appelleerde aan de belevingswereld van de boeren en omwonenden van de speellocaties.
De commissie beoordeelt de kwaliteit van de activiteiten uit het plan als goed.
De plannen voor de periode 2021-2024 vormen volgens de commissie een logische voortzetting van het werk dat Toneelgroep Jan Vos in de afgelopen jaren heeft laten zien. De hoofddoelstelling om toneelvoorstellingen te ontwikkelen vanuit een positie midden in de samenleving, wordt in het plan overtuigend beschreven en ziet de commissie goed terugkomen in de visie en de werkwijze van het gezelschap. Zij spreekt zich in het bijzonder positief uit over het feit dat het gezelschap bij de ontwikkeling van een voorstelling in dialoog treedt met ervaringsdeskundigen om verdieping te geven aan de onderwerpen.
De commissie vindt de gekozen thema’s die aan de voorstellingen ten grondslag liggen, verrassend en goed aansluiten bij actuele maatschappelijke vragen. De onderwerpen uit de recente Nederlandse geschiedenis vindt zij helder uitgewerkt en passen bij de artistieke signatuur van Toneelgroep Jan Vos. Als voorbeeld noemt zij de voorstelling ‘Wat de postbode zag’ over een sociaal betrokken postbode die zich ontpopt tot onbezoldigd sociaal werker. Deze thematiek past volgens de commissie goed bij de artistieke koers van Toneelgroep Jan Vos en draagt bij aan de oorspronkelijkheid van het werk. De commissie waardeert daarbij de aandacht die het gezelschap heeft voor tekst en spel. Zij is van mening dat deze ambachtelijkheid goed uit de plannen naar voren komt.
De commissie vindt de stap die het gezelschap zet door zich de komende jaren te richten op meer grootstedelijke problematiek een interessante ontwikkeling.
Zij waardeert de ambitie die uit deze ontwikkeling spreekt, en is nieuwsgierig naar de manier waarop deze stap inhoudelijk wordt vormgegeven.
De commissie heeft waardering voor de manier waarop verschillende opvattingen over een bepaald thema in de uitwerking van de voorstellingen naar voren komen, en voor het streven van Toneelgroep Jan Vos om met deze benadering maatschappelijke polarisatie tegen te gaan. Zij ziet dit terug in de beschrijving van bijvoorbeeld de voorstellingen ‘Fortuin’ en ‘Ayaan’. Door de overtuigende beschrijving van de thematische keuzes die Toneelgroep Jan Vos in de plannen heeft gemaakt, en de gedegen beschrijving van de manier waarop het gezelschap deze thema’s beoogt uit te werken, heeft de commissie vertrouwen in de zeggingskracht van deze voorstellingen.
De commissie plaatst een kanttekening bij de gepresenteerde samenwerkingen met locaties en stakeholders. De commissie vindt de locaties waarmee Toneelgroep Jan Vos wil samenwerken passend bij het werk van het gezelschap. Een kanttekening plaatst zij bij de beoogde samenwerkingen met maatschappelijke en culturele partners. Hoewel zij het belang daarvan voor het gezelschap nadrukkelijk onderschrijft, mist zij een heldere motivatie voor deze samenwerkingen.
De commissie beoordeelt de publieksfunctie als ruim voldoende.
De commissie constateert uit de plannen dat Toneelgroep Jan Vos in de komende periode teksttheater wil produceren op locatie. De commissie stelt vast dat het aantal aanbieders van soortgelijk aanbod groot is en dat het potentiële publiek voor dit soort aanbod eveneens groot is. De commissie is daarom van mening dat sprake is van een potentieel interessante toevoeging aan het podiumkunstenaanbod.
Toneelgroep Jan Vos heeft zich volgens de commissie in de afgelopen jaren goed weten te positioneren. Zij constateert dat het gezelschap de komende periode voorstellingen in zowel het theater als op locatie wil presenteren en daarbij uitgaat van consolidatie van de huidige bezettingsgraad. Omdat er wordt gespeeld op locatie met een grotere capaciteit, wil het gezelschap daarmee grotere bezoekersaantallen bereiken. Hieruit spreekt volgens de commissie een ondernemende houding.
Wat betreft de publieksbenadering is de commissie van mening dat er in de aanvraag een uitgebreide en concrete strategie wordt gepresenteerd. Zo is de commissie positief over de randprogramma’s die Toneelgroep Jan Vos rond de voorstellingen organiseert. Een voorbeeld hiervan is de eerdere voorstelling ‘Gas’, met een reizende tentoonstelling over de gevolgen van de gaswinning en een talkshow over de aardbevingsproblematiek. Op basis daarvan heeft zij er vertrouwen in dat Toneelgroep Jan Vos de beoogde doelgroepen en bezoekersaantallen zal weten te bereiken.
De plannen die in de aanvraag worden gepresenteerd om een breder en diverser publiek te bereiken, vindt de commissie echter mager. De aanvrager beschrijft in de plannen dat het publiek bij de voorstellingen van Toneelgroep Jan Vos weliswaar sociaal divers is, maar dat etnische afkomst nauwelijks een rol speelt. In veel van de voorstellingen in de komende periode speelt etnische afkomst een belangrijke rol, en het gezelschap verwacht daardoor een cultureel diverser publiek te zullen trekken. Het plan biedt echter geen onderbouwing of plan van aanpak om aan te nemen dat dit ook inderdaad het geval zal zijn. Daarom is de commissie er niet van overtuigd dat het gezelschap erin zal slagen een substantiële publieksverbreding of diversificatie te realiseren.
De commissie beoordeelt de betekenis voor de Nederlandse podiumpraktijk als voldoende.
Zij vindt dat er sprake is van betekenis op inhoud. In de komende periode staan actuele maatschappelijke en politieke thema’s centraal in de voorstellingen, zoals in de producties ‘Fortuin’ en ‘Ayaan’. De commissie vindt dat Toneelgroep Jan Vos met deze thema’s verhalen vertelt die niet regelmatig te horen en te zien zijn op de Nederlandse podia.
Op basis van de aanvraag heeft de commissie niet de verwachting dat er sprake zal zijn van een bijzondere betekenis op vorm of effect, aangezien de voorstellingen niet op een andere wijze tot stand komen dan gebruikelijk is in de Nederlandse podiumkunstpraktijk of belangrijk zijn voor de ontwikkeling van de podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.