De commissie beoordeelt de artistieke kwaliteit van het werk van de maker(s) als voldoende.
De Theatertroep is een collectief van acht makers die de vaudeville nieuw leven wil inblazen. Dit doet zij onder het motto ‘Lat omhoog, drempel omlaag’. De Theatertroep maakt voorstellingen, nachtprogramma’s en theatrale experimenten. De voorstellingen zijn vooral te zien in het vlakkevloercircuit in kleine zalen en op festivals.
De commissie is kritisch over het vakmanschap. De commissie constateert dat het gezelschap goed is in het creëren van chaos, maar zij vindt dat er nog behoorlijke ruimte voor verbetering is als het gaat om de vaardigheden die bij het genre horen, zoals slapstick, timing en fysieke flexibiliteit. De commissie constateert verder dat de producties qua speelstijl en vakmanschap achterblijven als er serieuzere teksten worden gebruikt, zoals ‘Opgediept’ van Judith Herzberg. De commissie is positief over de vormgeving van de decors en ziet daarin een duidelijke positieve ontwikkeling. Zij is ook positief over de interactie met het publiek en hoe De Theatertroep daaraan vormgeeft.
De commissie ziet een duidelijke signatuur in een deel van de producties van De Theatertroep. Zij vindt met name de onnadrukkelijke speelstijl en de relatie met het publiek daarin heel herkenbaar. Ook de eigenzinnige enscenering en vormgeving zijn herkenbaar. Als het gaat om serieuzere teksten, mist de commissie echter een duidelijke keuze van de makers, waardoor er daar beperkt sprake is van een eigen signatuur. De commissie constateert dat het gezelschap de structuur achter de illusie van toneelspelen wil blootleggen, maar zij mist oorspronkelijkheid in de manier waarop zij dat doet.
De commissie is positief over de zeggingskracht van de voorstellingen. Ze constateert dat De Theatertroep een feestje wil bouwen met het publiek. De commissie vindt dat het gezelschap daar goed in slaagt. Producties als ‘Vaudeville III’ en ‘Vaudeville IV’ zijn een echte publieksbelevenis. Ook de keuze om te spelen op plekken als festival De Parade vindt de commissie toevoegen aan de zeggingskracht. In die context komen de producties van De Theatertroep volgens de commissie extra goed tot zijn recht.
De commissie beoordeelt de kwaliteit van de activiteiten uit het plan als zwak.
De plannen voor 2021-2024 vormen volgens de commissie een logische voortzetting van het werk dat De Theatertroep in de afgelopen jaren heeft gemaakt. Zo wil De Theatertroep in de komende jaren zijn specifieke vaudevillestijl voortzetten, uitdiepen en aanscherpen. Daarnaast wil het gezelschap het eigen schrijverschap verder ontwikkelen.
De commissie heeft waardering voor de ambitie van het gezelschap om vaudeville als theatervorm op de kaart te zetten. De reflectie op het genre vindt zij echter algemeen beschreven. Daarnaast constateert zij dat een gedegen plan van aanpak voor de beoogde aanscherping en uitdieping in het plan ontbreekt. De commissie is bovendien kritisch over de uitwerking van de producties. Zo stelt zij vast dat de voorstellingen voornamelijk zijn beschreven vanuit de voorgenomen samenwerkingen. De commissie is op zichzelf te spreken over het vakmanschap van de genoemde samenwerkingspartners, zoals Pieter Kramer, Don Duyns en Damiaan De Schrijver. Om die reden is zij positief over het voornemen van De Theatertroep om met deze ervaren partners het eigen vakmanschap en de methode verder te versterken. Zij leest in het plan echter geen plan van aanpak voor de manier waarop De Theatertroep deze samenwerkingen wil gebruiken om het vakmanschap verder te ontwikkelen. Gelet op de kanttekeningen die de commissie bij het vakmanschap geplaatst heeft, vindt zij een gedetailleerde uitwerking op dit punt noodzakelijk om vertrouwen te kunnen uitspreken in het resultaat.
Verder vindt de commissie de thematische uitgangspunten die aan de voorstellingen ten grondslag liggen te summier beschreven. De nieuwe producties worden gepresenteerd als voorgenomen samenwerkingen. Een uitwerking van tekst, thematiek, verhaal of dramaturgie ontbreekt. Een voorbeeld is de voorstelling ‘The world according to Shakespeare’. De commissie vindt de verbinding tussen vaudeville en het theater van Shakespeare aansprekend, maar zij had over deze voorstelling graag meer informatie gelezen. De commissie is van mening dat de plannen vaag blijven. Daardoor heeft zij onvoldoende zicht op de oorspronkelijkheid van het werk en op de ontwikkeling die De Theatertroep beoogt.
De commissie plaatst verder kanttekeningen bij de dramaturgische uitwerking van de activiteiten. Zo krijgt zij weinig beeld van de manier waarop De Theatertroep de verschillende thema’s wil vertalen naar de vaudevillevorm en voldoende gelaagdheid wil aanbrengen in het werk. Hierdoor is de commissie kritisch over de zeggingskracht van de producties.
De commissie beoordeelt de publieksfunctie als ruim voldoende.
Zij constateert uit de plannen dat De Theatertroep in de komende periode theatervoorstellingen wil verzorgen waarvan vaudeville de basis vormt. De commissie stelt vast dat het potentiële publiek voor deze vorm van theater groot is. Zij constateert verder dat het aantal aanbieders van soortgelijk aanbod groot is. Zij is van mening dat daarmee sprake is van een potentieel interessante toevoeging aan het podiumkunstenaanbod.
De commissie is positief over het brede publiek dat De Theatertroep in de afgelopen jaren heeft bereikt. Zij stelt vast dat het gezelschap er goed in slaagt om een relatief jong publiek naar het theater te halen en deze groep bezoekers aan zich te binden. Zij constateert dat het gezelschap de komende periode jaarlijks minder voorstellingen speelt, om te kunnen voldoen aan het principe van fair pay. Dit vindt zij in de plannen overtuigend toegelicht. Ook is zij van mening dat er in de aanvraag duidelijke doelgroepen worden omschreven, waarvoor een overtuigende publiekscampagne wordt gepresenteerd.
Wel plaatst de commissie een kanttekening bij de ambitie van De Theatertroep wat betreft de groei van het aantal bezoekers per voorstelling. Het gezelschap wil het aantal bezoekers per voorstelling in stappen verdriedubbelen. De commissie vindt deze toename op basis van de gepresenteerde plannen niet realistisch.
Ook is de commissie van mening dat publieksverbreding en publieksdiversificatie in de aanvraag te beperkt worden opgevat. De Theatertroep zet alleen in op het werven van een jonger publiek. De commissie mist in de plannen reflectie op verdere diversificatie van het publiek, waar de commissie wel degelijk mogelijkheden voor ziet, gelet op het werk dat De Theatertroep maakt.
De commissie beoordeelt de betekenis voor de Nederlandse podiumkunstenpraktijk als voldoende.
De commissie is van mening dat er sprake is van betekenis op vorm. De vaudevillevorm die het gezelschap gebruikt, leidt volgens de commissie tot producties met een bijzondere verschijningsvorm, die verder weinig te zien is binnen de podiumkunsten.
De commissie vindt dat er geen sprake is van een bijzondere betekenis op inhoud, omdat het werk van De Theatertroep geen aanbod betreft dat inhoudelijk verder weinig te zien is op de Nederlandse podia.
Tot slot is er in de ogen van de commissie ook geen sprake van een bijzondere betekenis op effect, omdat het werk van De Theatertroep geen bijzondere bijdrage levert aan de ontwikkeling van de podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.