De commissie beoordeelt de artistieke kwaliteit van het werk van de maker(s) als zeer goed.
BOG. is de Vlaams-Nederlandse ‘collectie’ van theatermakers Judith de Joode, Benjamin Moen, Sanne Vanderbruggen en Lisa Verbelen. BOG. maakt filosofische, talige en muzikale voorstellingen over de wezenlijke thema’s uit het leven van ieder mens. De voorstellingen van BOG. zijn te zien in het vlakkevloercircuit.
De commissie vindt het vakmanschap van BOG. van hoge kwaliteit. Zij vindt dat de makers binnen het collectief individueel hun eigen vakmanschap hebben ontwikkeld, zoals in ‘ALL’, waarin Lisa Verbelen in een solo stapsgewijs een muziektheatervoorstelling bouwt. De theatermakers zijn volgens de commissie alle vier goede tekstschrijvers met een muzikaal oor. Hun sterke focus op tekst genereert gelaagdheid in hun producties, die de commissie innovatief noemt. Zij constateert dat de collectie een eigen speelstijl en vormgeving heeft ontwikkeld, die getuigen van vakmanschap. Ook over de keuze van samenwerkingspartners is de commissie positief. Zij stelt dat deze BOG. naar een nog hoger plan tillen, en daarmee bijdragen aan artistieke ontwikkeling van het collectief.
De commissie is zeer positief over de oorspronkelijkheid van de producties van BOG. Zij vindt de filosofische benadering van de thema’s en de vorm authentiek. BOG. heeft een herkenbare signatuur in de wijze waarop de makers de teksten als een partituur benaderen, en deze zeer muzikaal ten gehore brengen. Daarmee onderscheiden zij zich in het veld van andere gezelschappen die tekst als uitgangspunt nemen. BOG. weet de gekozen thema’s in taal te vatten en deze uit te kristalliseren, waarbij het precies plaatsen van de woorden in een geraffineerde compositie tot nieuwe of verrassende inzichten leidt. De commissie vindt dat de signatuur ook overeind blijft in de coproducties met partners, zoals in de jeugdvoorstelling ‘Kid’ geregisseerd door Jetse Batelaan.
De commissie is positief over de zeggingskracht van de producties. Deze is volgens haar sterk verbonden met de betrokkenheid van individuele makers. Het sterkst kwam dit naar voren in ‘ALL’, waarin de maker het publiek in zijn kwetsbaarheid betrok in de wijze waarop ze met muziek en taal een performance tot stand bracht.
De commissie beoordeelt de kwaliteit van de activiteiten uit het plan als goed.
Zij constateert dat BOG. in de komende periode in grote lijnen de bestaande artistieke koers continueert. De commissie heeft waardering voor de manier waarop BOG. werkt aan een samenhangend en consequent oeuvre. In de plannen is volgens haar sprake van een herkenbare signatuur, die logisch voortkomt uit het maakproces van het gezelschap.
De commissie vindt dat de rol van de taal bijdraagt aan de oorspronkelijkheid van het werk van BOG. Ook de heldere vormgeving van de voorstellingen en de sobere decors dragen daaraan bij. De commissie ziet dit terug in de plannen. De taal wordt ingezet als objectief instrument, en de voorstellingen winnen daardoor aan breedte en gelaagdheid. De commissie heeft ook waardering voor de filosofische uitgangspunten die BOG. voor de producties kiest. De commissie stelt vast dat dit onderdeel is van de werkwijze en daarmee van de signatuur van het gezelschap.
De commissie vindt de plannen voor de komende periode aansprekend. Zo zijn de voorstellingen ‘Hertz’ (over de continue aanwezigheid van geluid) en ‘Toerisme’ (over het ontwrichtende effect van massatoerisme) naar het oordeel van de commissie aansprekend en maken zij nieuwsgierig. Hoewel zij begrijpt dat de voorstellingen grotendeels op de vloer ontstaan, mist zij wel een kader of dramaturgische uitwerking van die ideeën in de aanvraag. Uit het plan wordt niet duidelijk hoe de voorstellingen eruit zullen komen te zien en hoe de thema’s op het toneel worden vormgegeven.
De commissie vindt het een sterk aspect dat het publiek actief wordt betrokken bij de producties, onder meer doordat het functioneert als klankbord tijdens het vooronderzoek. Een voorbeeld is de BOG.WOG, een week waarin voorstellingen worden hernomen in de Brakke Grond, waarbij het publiek (personen die deel uitmaken van het BOG-ledenbestand) wordt uitgenodigd om mee te denken en deel te nemen. Daarbij heeft de commissie de verwachting dat de humor en de spitsvondige vraagstelling het publiek zullen prikkelen. De samenwerking met goede dramaturgen draagt hier aan bij. De commissie is er op basis van het plan van overtuigd dat de voorstellingen van zeggingskracht zullen getuigen.
De commissie beoordeelt de publieksfunctie als voldoende.
De commissie constateert op basis van de plannen dat BOG. in de komende periode verdergaat met het maken van teksttheater. De commissie stelt vast dat het aantal aanbieders van soortgelijk aanbod groot is. De commissie stelt tegelijk vast dat het potentiële publiek voor dit type aanbod eveneens groot is. De commissie is daarom van mening dat sprake is van een potentieel interessante toevoeging aan het podiumkunstenaanbod.
De commissie is van mening dat BOG. zich met zijn werk goed weet te onderscheiden binnen het grote aanbod van teksttheater en daarmee een redelijk omvangrijk publiek weet te bereiken. De commissie is ook positief over het feit dat het gezelschap over een eigen ledenbestand beschikt. Zij meent dat het gezelschap hiermee een sterke, structurele band creëert met zijn publiek. Het ledenbestand kan in de ogen van de commissie ook bijdragen aan het publieksbereik.
BOG. heeft de festivals Down the Rabbit Hole, Oerol en Over het IJ aan de speelplekken toegevoegd. De commissie acht het aannemelijk dat het gezelschap hiermee een nieuw en jonger publiek aan zich zal weten te binden.
De commissie vindt het ook positief dat BOG. ernaar streeft om in de komende jaren meer publiek te werven, maar zij constateert dat er in de aanvraag een specifieke, overtuigende aanpak om deze groei te realiseren ontbreekt. Zo bevat het plan een aantal marketingstrategieën, maar de commissie vindt deze tamelijk generiek. Ook de omschrijving van de beoogde doelgroepen is in haar ogen breed en weinig overtuigend.
Ten slotte stelt de commissie vast dat er in de aanvraag nauwelijks wordt gereflecteerd op publieksverbreding of -diversificatie. BOG. heeft de ambitie om de samenstelling van het ledenbestand uit te breiden en te verbreden, maar de aanvraag laat na om hieraan een specifieke invulling te geven. De aanname dat verbreding van het zogenaamde ledenbestand van het gezelschap ook leidt tot verbreding van het publiek, vindt de commissie niet overtuigend.
De commissie verwacht dat BOG. de huidige publieksaantallen zal weten te bestendigen, maar zij heeft op basis van de aanvraag maar beperkt vertrouwen in de beoogde groei.
De commissie beoordeelt de betekenis voor de Nederlandse podiumkunstenpraktijk als voldoende.
De commissie vindt dat er sprake is van betekenis op vorm. Het werk van BOG. onderscheidt zich door de bijzondere rol van de taal in de voorstellingen en door de werkwijze, waarbij een actief betrokken ledenbestand invloed heeft op het maakproces.
Op basis van de aanvraag verwacht de commissie geen bijzondere betekenis op inhoud, omdat het werk van BOG. geen aanbod betreft dat inhoudelijk verder weinig te zien is op de Nederlandse podia.
Tot slot is in de ogen van de commissie ook geen sprake van een bijzondere betekenis op effect, omdat het werk van BOG. geen bijzondere bijdrage levert aan de ontwikkeling van de Nederlandse podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.