De commissie beoordeelt de artistieke kwaliteit van het werk van de maker(s) als voldoende.
Project Wildeman is een Amsterdams muziektheatercollectief bestaande uit muzikanten-makers Robin Block, Sven Hamerpagt, Milan Mes en Maarten Vinkenoog. Het gezelschap maakt sinds 2010 absurde, fysieke voorstellingen en concerten waarbij eigentijdse rituelen het uitgangspunt vormen. De voorstellingen van Project Wildeman spelen zowel in theaters als op locatie, vooral in het circuit van kleinschalige festivals.
De commissie plaatst punten van kritiek bij het vakmanschap van Project Wildeman. Het vakmanschap komt volgens de commissie het beste naar voren in de muzikale kwaliteiten van de makers, die naar haar mening van hoog niveau zijn. Een kanttekening plaatst de commissie bij de sterk fysieke speelstijl van Project Wildeman. De commissie mist verfijning in het spel.
De commissie herkent in de voorstellingen van Project Wildeman oorspronkelijkheid. In muzikaal opzicht getuigt het werk van Project Wildeman volgens de commissie van een eigen signatuur, door het toenemend gebruik van elektronica en het interessante klankonderzoek dat uit sommige voorstellingen blijkt. Die signatuur vindt de commissie vooral goed tot uitdrukking komen in de samenwerking met andere gezelschappen. In dat verband noemt zij de productie ‘De Langste Nacht’, die Project Wildeman in samenwerking met Cappella Amsterdam uitvoerde in verschillende kerken in Nederland. In dit theatrale concert boden koorzang en nieuwe technologie een bijzondere invalshoek op religieuze rituelen. Een kanttekening plaatst de commissie bij de in de voorstellingen en concerten terugkerende combinatie van absurde (tekstuele) vondsten en de heftige rituele benadering van het bewegingsmateriaal, die de commissie enigszins voorspelbaar vindt. Dat doet afbreuk aan de oorspronkelijkheid.
De commissie is niet onverdeeld positief over de zeggingskracht van het werk van Project Wildeman. Het werk is in zijn kern aansprekend door de energie en muzikaliteit waarmee het wordt uitgevoerd, maar doordat de producties in dramaturgische zin weinig samenhang vertonen, weten zij de aandacht van het publiek niet altijd vast te houden. Als voorbeeld hiervan noemt de commissie de productie ‘Happiness Unlimited’. Deze ervaringstheatervoorstelling op locatie miste naar haar mening een heldere dramatische of theatrale structuur, waardoor de drie onderdelen waaruit de voorstelling bestond, te veel op zichzelf bleven staan. Ook in de productie ‘Deep Blue’ stonden de verschillende scenes los van elkaar en miste de commissie een theatrale samenhang. Hierdoor was de impact op het publiek beperkt.
De commissie beoordeelt de kwaliteit van de activiteiten uit het plan als voldoende.
De commissie constateert in de artistieke plannen van Project Wildeman continuering van de lijnen uit het recente verleden. Zij treft daarbij prikkelende ideeën aan voor voorstellingen in de komende periode. De commissie vindt dat Project Wildeman vanuit een duidelijke en overtuigende missie en visie vertrekt, kort samengevat in: ritueel muziektheater voortvloeiend uit onderzoek van de moderne samenleving. In de in het plan genoemde combinatie van de menselijke stem, het menselijk lichaam, elektronische muziek, livevideo en minimaal lichtontwerp herkent de commissie ook de eigen artistieke signatuur van het gezelschap. De keus van de projecten vindt de commissie bijdragen aan de oorspronkelijkheid van de plannen, zoals ‘Droomwake’ en ‘Do Androids Dream of Electric Sheep’.
De uitwerking van de projecten overtuigt de commissie niet overal. Met het onmiskenbaar muzikaal vakmanschap van de drie zogenoemde “Wildemannen” is de invulling op muzikaal gebied het meest duidelijk, maar de commissie vindt de verdere invulling aan de summiere kant. De vaak anekdotisch aandoende beschrijving van de voorstellingen en de sterke focus op vorm brengen de inhoudelijke lijn, die zou aansluiten bij de stevige missie en visie van het gezelschap, naar de achtergrond. Dat vindt de commissie afbreuk doen aan de oorspronkelijkheid van de plannen. De commissie vindt het plan soms ook informatie ontberen over het waarom van diverse keuzes. Dat betreft bijvoorbeeld de keus voor de filmmaker en de choreograaf, en ook het waarom van het project ‘De Oerknal’.
De commissie is kritisch over de zeggingskracht van de beschreven producties. Vooral het muzikale element komt naar voren in de plannen. Het plan bevat echter weinig aanknopingspunten om aan te nemen dat er sprake zal zijn van een heldere dramaturgische structuur. Bij het project waar wel een regisseur wordt geïntroduceerd, ‘De Oerknal’, ontbreekt informatie over de dramaturgische aanpak. Ook wordt in de beschrijving van het project ‘Do Androids Dream of Electric Sheep’ niet duidelijk wat de meerwaarde is van de dansers en hoe dans onderdeel van de voorstelling wordt.
De commissie beoordeelt de publieksfunctie als ruim voldoende.
De commissie constateert op basis van de plannen dat Project Wildeman muziektheater maakt met elektronische muziek als terugkerend element. Zij stelt vast dat het potentiële publiek voor dit soort aanbod gemiddeld is. De commissie stelt verder vast dat het aantal aanbieders van soortelijk aanbod eveneens gemiddeld is. De commissie is van mening dat daarom sprake is van een potentieel interessante toevoeging aan het podiumkunstenaanbod.
De commissie constateert dat Project Wildeman een redelijk helder en herkenbaar profiel hanteert van het eigen publiek, dat vooral uit de oudere cultuurliefhebber bestaat, aangevuld met een jongere publieksgroep die via samenwerkingspartners in beeld is gekomen. Het gezelschap kiest voor een lichte groei in publieksbereik, wat realistisch wordt onderbouwd door talrijke al gemaakte afspraken met speelplekken. De commissie is matig positief over de beschreven publieksstrategie. Er worden weliswaar vier verschillende doelgroepen onderscheiden met kort aangeduide speerpunten in benadering, maar de commissie mist een analyse van het eigen publiek als overtuigende grondslag voor de verschillende beschreven acties. Het beschreven feitelijk bezoek aan de eigen sociale platforms vindt de commissie als analyse te summier. Enkele voorgenomen acties vindt de commissie kansrijk, zoals de inzet van social influencers en samenwerking met speelplekken.
Qua publieksverbreding zet Project Wildeman volgens het plan in op het bereik van meer kinderen door middel van jaarlijks vier schoolvoorstellingen, wat volgens de commissie kansrijk is gezien de inschakeling van een speciaal impresariaat hiervoor. Daarbuiten vormen jongeren niet een van de vier in de aanvraag genoemde doelgroepen qua regulier publiek, zo constateert de commissie. Daardoor verwacht zij niet dat er substantieel meer jongeren naar de reguliere voorstellingen van Project Wildeman zullen komen. De verdere verbreding van publiek naar groepen die minder snel naar muziektheatervoorstellingen gaan, verwacht Project Wildeman van het spelen op bijzondere locaties. Deze aanpak kan de commissie enigszins volgen, maar bij gebrek aan nadere invulling hoe het gezelschap daarmee effectief nieuw of ander publiek denkt te bereiken, is de commissie van die verdere verbreding niet overtuigd.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.