De commissie beoordeelt de artistieke kwaliteit van het werk van de makers als voldoende.
Zij kent Eef van Breen als trompettist en vocalist die vanuit de jazztraditie producties maakt rond theatrale concepten. De Eef van Breen Group bestaat uit een groep musici die in wisselende samenstelling aan projecten werkt. De producties bevinden zich op het snijvlak van muziektheater en hebben vaak een maatschappelijke component. De concerten worden gegeven in middelgrote concert- en theaterzalen, in het alternatieve podiumcircuit en in de openbare ruimte.
De commissie vindt het vakmanschap dat in de concerten naar voren komt, van wisselende kwaliteit. De aangetrokken musici zijn vakmensen op hun instrument, maar dit komt niet in alle gevallen goed uit de verf. De commissie is onder de indruk van het trompetspel van Eef van Breen. Hij heeft een warme toon en goede techniek. Aan de solistische kwaliteiten van de musici wordt volgens haar echter te weinig ruimte gegeven. De commissie is ook kritisch over de vocalen van Eef van Breen. Zij vindt bijvoorbeeld dat hij in het hoog geforceerd klinkt. Over de oorspronkelijkheid van de verschillende producties is de commissie positief. Zij vindt bijvoorbeeld het idee om een speelfilm te maken zonder beelden en het verhaal te vertellen met muziek en gesproken woord oorspronkelijk. Dit geldt ook voor de muzikale uitwerking ervan. De commissie vindt dat er in de producties van de afgelopen periode een duidelijke eigen signatuur naar voren komt. Zo vindt zij bijvoorbeeld de live-audiotour in verschillende steden rond het album ‘Walk of Doubts’ getuigen van de conceptuele manier van werken van Eef van Breen. De commissie is kritisch over de uitwerking van de producties. Zij vindt de instrumentatie smaakvol, maar merkt op dat de spanning niet over het geheel wordt vastgehouden. Dit doet afbreuk aan de zeggingskracht. De losse composities kenmerken zich af en toe door een wat fragmentarische opbouw. De commissie mist daarin een duidelijke overkoepelende spanningsboog. Wel is zij van mening dat het publiek geraakt wordt door de inhoud van de producties. Een voorbeeld hiervan is de manier waarop een actueel maatschappelijk onderwerp als de vluchtelingenproblematiek aan de orde werd gesteld tijdens de set in het Pan Festival.
De commissie beoordeelt de kwaliteit van de activiteiten uit het plan als voldoende.
De plannen voor 2021-2024 zijn volgens de commissie in grote lijnen een voortzetting van de werkwijze van Eef van Breen in de afgelopen jaren. Eef van Breen ziet een sturende rol weggelegd voor zijn muziek in de dramaturgie van onder meer theatervoorstellingen, een visie die ook naar voren komt in zijn concept ‘film-zonder-beeld’. Daarnaast wil hij in het verlengde van zijn album ‘Walk of Doubts’ muziek ontwikkelen in de vorm van soundtracks voor wandelingen.
De commissie vindt het interessant dat Eef van Breen zich vanuit zijn achtergrond als componist, jazzmusicus en bandleider richt op conceptontwikkeling in een doorgaans interdisciplinaire context. Het uitgangspunt om muziek binnen deze context leidend te laten zijn, zoals in het oorspronkelijke concept voor het project ‘Bar Terminus’, beschouwt zij als intrigerend en onderscheidend. Afgezien van dit project is de commissie van mening dat de veelheid aan ideeën en concepten in de aanvraag heeft geleid tot een nogal fragmentarisch plan, waarin volgens haar een heldere en uitgesproken visie ontbreekt. De zoektocht naar een interdisciplinaire vorm met muziek in een leidende rol heeft volgens haar in de aanvraag nog niet geleid tot een overtuigende uitwerking van de concepten. Zo vindt zij het niet vertrouwenwekkend dat er in de samenwerking met Theatergroep Echo is gekozen voor een audiotrack bij de voorstellingen in plaats van livemuziek, zonder dat deze keuze duidelijk is onderbouwd. In het geval van ‘Bar Terminus’ blijkt uit de aanvraag niet hoe het thema polarisering tot uiting komt in de voorstelling. De commissie mist ook een toelichting op het vocale aspect. Er is sprake van gezongen teksten, maar de aanvraag geeft geen uitsluitsel of Eef van Breen zich in dit project, en eventueel in andere projecten, als zanger zal profileren. Ook gelet op de eerdere kritiek is dit volgens de commissie een onzekere factor op het gebied van vakmanschap.
Door deze kritiekpunten met betrekking tot de uitwerking van de plannen is de commissie er niet volledig van overtuigd dat er een sterke zeggingskracht van de producties zal uitgaan. Daarnaast beschouwt zij de beschreven concepten niet in alle gevallen als even origineel. Zo is het idee van audiotours, muziek voor wandelingen, eerder door andere componisten uitgevoerd. Door de matige uitwerking van dit concept blijkt voor de commissie niet duidelijk in hoeverre het beoogde resultaat van oorspronkelijkheid zal getuigen. Daarnaast merkt de commissie op dat Eef van Breen ervoor kiest om, afgezien van coproducties met theatermakers, het merendeel van zijn producties op alternatieve locaties buiten het reguliere podiumcircuit uit te voeren. Zij vindt weinig onderbouwing voor deze keuze in het plan. Hierdoor blijft onduidelijk wat de invloed is van deze locaties op het muzikale resultaat.
De commissie beoordeelt de publieksfunctie als zwak.
De commissie constateert op basis van de plannen dat Eef van Breen in de komende periode concerten en voorstellingen wil produceren waarin jazz en aanverwante genres met andere disciplines samensmelten tot één hybride geheel. De commissie stelt vast dat het potentiële publiek voor dit soort aanbod gemiddeld van omvang is. De commissie stelt verder vast dat er een gemiddeld aantal aanbieders is van soortgelijk aanbod. Zij is van mening dat daarom sprake is van een potentieel interessante toevoeging aan het podiumkunstenaanbod.
De commissie is op grond van de aanvraag kritisch over het te verwachten publieksbereik in de periode 2021-2024. Van een uitgewerkte strategie om het beoogde publiek te bereiken is volgens haar nauwelijks sprake. Eef van Breen richt zich in het plan vooral op zijn concepten en coproductiepartners, waarbij hij verder niet ingaat op de omvang en de samenstelling van het publiek van zijn partners, dat hij met de samenwerkingen wil bereiken. In algemene zin wordt in de aanvraag gesteld dat Eef van Breen vanwege de veelvormigheid van zijn praktijk over een breed en divers publieksbereik beschikt, maar dit wordt verder niet concreet onderbouwd. Eef van Breen richt zich op theater- en muziekliefhebbers, de achterban van partners en gastspelers, en op buurtbewoners van de wijken waar hij zijn projecten wil uitvoeren. Hoewel de commissie positief is over het streven naar een breder publiek, buiten de specifieke doelgroep van jazzliefhebbers, vindt zij de publieksvisie tamelijk algemeen beschreven. Er ontstaat geen helder beeld van het publiek dat Eef van Breen voor ogen heeft bij de concerten en voorstellingen, waardoor de commissie er niet van overtuigd is dat het in potentie brede publiek ook optimaal bereikt zal worden.
Het plan is duidelijk over de gewenste organisatievorm, waarbij ook een marketingmedewerker is voorzien, maar hoe personeel en middelen strategisch worden ingezet, wordt niet concreet gemaakt. De commissie ziet hierin een risico, omdat juist het produceren van voorstellingen op locaties buiten het reguliere circuit van podia en festivals een doordachte publieksbenadering vereist.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.
Deze aanvrager heeft een positief advies ontvangen voor subsidie binnen de culturele basisinfrastructuur 2021-2024. Daarom krijgt de aanvrager geen advies van het Fonds Podiumkunsten.